Fiscale faciliteiten bedrijfsopvolging
De BOR en de DSR zijn belangrijke fiscale regelingen bij het schenken of erven van een onderneming. Het gaat om een forse vrijstelling en om de mogelijkheid om het betalen van belasting door te schuiven, op voorwaarde dat de onderneming wordt voortgezet.
Al in de wet opgenomen wijzigingen per 2025
Er zijn een paar wijzigingen die per 2025 ingaan. De vrijstelling voor de BOR verandert naar 100% tot € 1.500.000 (in 2024 was dit € 1.325.253). Voor bedragen daarboven geldt een vrijstelling van 75% (in 2024 was dit 83%).
Ook vervalt vanaf 2025 de eis dat degene die het bedrijf overneemt al 36 maanden bij het bedrijf moet werken bij schenking van aandelen. Dit geldt echter niet voor de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) bij de inkomstenbelasting. Nieuw is wel dat de ontvanger van de aandelen minstens 21 jaar moet zijn om in aanmerking te komen voor de BOR en DSR voor aandelen.
Voor de berekening van de hoogte van de vrijstelling van de BOR telt vanaf volgend jaar niet langer 5% van het beleggingsvermogen mee als ondernemingsvermogen. Ook kunnen vanaf die datum bedrijfsmiddelen met een waarde vanaf € 100.000 die ook voor andere dan zakelijke doeleinden worden gebruikt (bijvoorbeeld voor privé) niet meer geheel tot het ondernemingsvermogen worden gerekend voor de vrijstelling van de BOR.
Let op!
Vanaf 2024 wordt vastgoed dat je aan anderen ter beschikking stelt (zoals verhuurd vastgoed) automatisch gezien als beleggingsvermogen. Hierdoor kun je het niet meer gebruiken voor belastingvoordelen die gelden voor de BOR en de DSR bij aandelen. Deze wijziging is eind 2023 in de wet vastgelegd, maar geldt dus vanaf dit jaar.
Voorgestelde wijzigingen vanaf 2025
Op Prinsjesdag heeft het kabinet voorgesteld om vanaf 1 januari 2025 de verplichte voortzettingstermijn te verkorten van 5 naar 3 jaar. Voor verkrijgingen die plaatsvinden vóór 1 januari 2025 geldt een voortzettingstermijn van 5 jaar. Voor verkrijgingen vanaf 1 januari 2025 wordt deze termijn verkort naar 3 jaar.
Voorgestelde wijzigingen in 2026
Het kabinet heeft ook wijzigingen voorgesteld voor 2026. Zo wil het kabinet de BOR en DSR van aandelen vanaf 1 januari 2026 alleen nog maar laten gelden voor gewone aandelen met een minimaal belang van 5%. Winstbewijzen, opties op aandelen en trackingstocks komen dan niet meer voor de BOR en DSR in aanmerking.
Verder wordt het eenvoudiger om in bepaalde situaties van structuur of rechtsvorm te veranderen, zonder dat dit in strijd komt met de verplichte voortzettingstermijn en bezitstermijn.
Ook wil het kabinet onbedoeld dubbel gebruik van de BOR tegengaan en zijn er maatregelen tegen de zogenaamde rollatorinvesteringen voorgesteld. Denk aan een langere bezitstermijn voor schenkers en erflaters die later dan 2 jaar na hun AOW-leeftijd met de onderneming zijn gestart.
Let op!
De voorstellen moeten nog door de Tweede en Eerste Kamer worden aangenomen en zijn daarom nog niet definitief.
Meer weten?
Wil je meer weten over de gevolgen van de wijzigingen voor de BOR en DSR voor jouw specifieke situatie? Neem dan contact op met één van onze fiscaal-juridische specialisten.