Even terugkijken
Laten we eerst even terugkijken. Wanneer we de stroomkosten (exclusief de vaste kosten) van de afgelopen 10 jaar bekijken van een bedrijf met een stroomverbruik van 50.000 kWh/jaar, zien we onderstaand beeld.
De prijs van de ‘kale stroom’ wordt volledig bepaald door de markt. De prijs stijgt bij een sterke economische groei en daalt in tijden van recessie. De afgelopen 10 jaar laat een licht dalende trend zien.
De overheid bepaalt een groter deel van de stroomkosten in de vorm van energiebelasting (EB) en sinds 2014 in de vorm van ‘opslag duurzame energie’ (ODE). De inkomsten uit de ODE gebruikt de overheid voor subsidies op duurzame energieprojecten.
En de toekomst?
Om de doelstellingen van het klimaatakkoord te halen, moet de productie van duurzame energie de komende 10 jaar minimaal verdubbelen. We verwachten dan ook dat de ODE verder stijgt. Tegelijkertijd wordt de salderingsregeling in 10 jaar afgebouwd. Dat betekent dat ook bedrijven die al zelfvoorzienend zijn met zonnepanelen energiebelasting moeten betalen.
Als voorbeeld nemen we een melkveebedrijf dat 50.000 kWh per jaar verbruikt, 2x per dag melkt en op jaarbasis ook 50.000 kWh opwekt met zonnepanelen. In deze situatie levert het bedrijf in de zomer ongeveer 34.000 kWh (bijna 2/3 deel) terug aan het net en op andere momenten (’s nachts en in de winter) neemt het bedrijf dezelfde hoeveelheid af van het net. In de huidige salderingsregeling zijn de variabele stroomkosten dan 0. De komende 10 jaar gaat dat echter aanzienlijk veranderen, zie hieronder.
Hoe kun je hierop inspelen?
In principe kun je op 3 manieren inspelen op deze situatie. Zoals:
- Verander het afnamepatroon
- Verander het opwekpatroon
- Verander de opslag van elektriciteit
Alle manieren zorgen ervoor dat je zo min mogelijk van het net afneemt.
Veranderen afnamepatroon
In de meeste gevallen is het veranderen van het afnamepatroon maar beperkt mogelijk. Bij bedrijven met zonnepanelen is het zinvol om te kijken welke apparatuur vooral overdag kan draaien. Dat kan bijvoorbeeld een elektrische mestscheider, elektrische boiler met voorraadvat, elektrische beregeningspomp of drinkwaterpomp zijn.
Om erachter te komen welke apparaten wanneer hoeveel stroom verbruiken, kun je (eventueel tijdelijk) een aantal kleine metertjes plaatsen tussen verschillende groepen. Gecombineerd met een schatting per apparaat van vermogen in Watt en draaiuren levert dat een goed beeld op.
Daarnaast is het goed te bedenken dat in de komende jaren steeds meer apparatuur elektrisch wordt aangedreven. Denk aan elektrische auto’s, maar ook elektrische shovels zijn al steeds normaler en op termijn gaan ook tractoren elektrisch worden. Ook dat heeft invloed op het afnamepatroon.
Veranderen opwekpatroon
Door naast zonnepanelen ook een deel van de stroom op te wekken met een kleine windmolen, wordt het opwekpatroon vlakker. Tot op zekere hoogte zijn stroomopbrengsten uit zon en wind complementair aan elkaar. ’s Nachts schijnt geen zon, maar waait het meestal meer en ’s winters is er meer wind, maar een stuk minder zon. Hierdoor is het ook mogelijk meer stroom op te wekken zonder dat (de piekbelasting van) de aansluiting groter wordt. Op een kleinverbruikaansluiting is het op deze manier mogelijk om meer dan 100.000 kWh per jaar op te wekken.
Weeg deze investering wel goed af. De kostprijs van stroom uit een kleine windmolen is namelijk bijna 3x zo hoog als uit zonnepanelen.
Opslag van elektriciteit
Op dit moment bieden alleen accu’s een betrouwbare methode om elektriciteit tijdelijk op te slaan. De prijzen van accu’s zijn de afgelopen jaren spectaculair gedaald en de verwachting is dat deze trend zich doorzet. Bekende omvormermerken bieden al een kleine opslag als extra. Bekend is de Tesla Powerwall 2. Deze accu kan 14 kWh opslaan en kost momenteel zo’n € 8.500 exclusief btw (ruim € 600/kWh).
Bij ieder afname- en opwekpatroon kunnen we uitrekenen wat een ideale opslagcapaciteit zou zijn. Voor een melkveebedrijf dat 2x per dag melkt, eigen zonnepanelen heeft en een verbruik van 50.000 kWh per jaar heeft, blijkt dan al snel dat een Tesla Powerwall bijvoorbeeld te klein is. In de zomermaanden mei, juni en juli is de netto teruglevering meer dan 100 kWh per dag, in de voor- en nazomer 40-50 kWh per dag.
Je kunt dan dus beter kiezen voor een accu van 40 kWh. Die kan gedurende 5 maanden in totaal ca. 6.000 kWh besparen aan inkoop. Bij een gemiddelde prijs van € 0,14 /kWh (kale stroom + EB + ODE) is dat een besparing van € 840 per jaar.
Het is duidelijk dat er weinig situaties denkbaar zijn waarin deze manier rendabel wordt. De kostprijs van accu’s moet eerst nog verder dalen en/of door de overheid ondersteund worden met subsidies.
Andere verdienmodellen
Er zijn echter ook andere verdienmodellen in ontwikkeling. Door een contract met een energiehandelaar (een ‘platform’) kan er betaald worden voor het ontlasten van het elektriciteitsnet op piekmomenten. Ook de accu’s van auto’s, shovels of tractoren die stilstaan kunnen op deze manier worden benut.
Naast de traditionele lithium-Ion-accu’s zijn er ook andere opslagtechnieken in ontwikkeling. Denk aan panelen die rechtstreeks uit zonlicht en water waterstof maken (duurt nog enkele jaren voor die op de markt komen) en waterstofunits die qua grootte zijn afgestemd op een grote windturbine. Belangrijk daarbij is dat naast de productie ook meteen de afname van waterstof wordt geregeld.
En in sommige gevallen (bijvoorbeeld wanneer je veel heet water gebruikt) kan een buffervat met water dat overdag wordt verwarmd via een zonneboiler als tijdelijke energieopslag dienen.
Meer weten?
Wil je weten wat voor jouw bedrijf de mogelijkheden zijn om zelfvoorzienend te worden en hoe je kunt inspelen op de nieuwe ontwikkelingen op energiegebied? Vraag dan nu een quickscan aan bij Harry Roetert. Op basis van jouw afnamepatroon en opwekpatroon kunnen wij de verschillende mogelijkheden doorrekenen.