Omzetverlies bepalen
De hoofdregel is dat als alle omzet wordt aangegeven in de aangifte omzetbelasting, je deze aangifte kunt gebruiken voor het indienen van de aanvraag voor de TVL. Er zijn echter uitzonderingen op deze regeling, waarbij soms de omzet naar beneden of naar boven moet worden bijgesteld.
Verkoop (im)materiële vaste activa
Verkoop je activa die niet tot de reguliere bedrijfsactiviteiten horen? Dan moet je deze omzet niet mee te rekenen. Denk aan de verkoop van machines, gebouwen, (fosfaat)rechten en goodwill. Dit geldt voor TVL aanvragen in 2020. Vanaf TVL 2021 (1e kwartaal) is dit wel omzet volgens de regeling.
Omzet die niet in de (Nederlandse) btw-aangifte is opgenomen
Heb je omzet gemaakt die niet in de btw-aangifte wordt opgegeven? Dan moet je deze omzet wel meerekenen voor de TVL. Voorbeelden van dit type omzet zijn:
- Levering van goederen waarbij de plaats van levering buiten Nederland ligt (plaats van vertrek van de goederen is bepalend)
- Vrijgestelde omzet (denk aan de verhuur of het verpachten van onroerende zaken of omzet medisch specialisten, kinderopvang of onderwijs)
- Leveringen aan particulieren die worden belast op basis van waar ze wonen of zijn gevestigd
- Diensten aan ondernemers die buiten de EU gevestigd zijn
Omzet als gevolg van inkoop
Als je als onderneming importeert, dan geef je dit in de aangifte aan als omzet. Aangezien dit geen verkoop is, moet je deze omzet corrigeren in de aanvraag TVL. Dit geldt ook als er sprake is van verleggingsregelingen, zoals in de bouw.
Suppleties
Heb je suppleties ingediend bij de Belastingdienst? Dan moeten deze worden toegerekend aan de juiste periode. Voor de TVL moet de omzet dus worden opgenomen die daadwerkelijk aangegeven had moeten worden.
Meer weten?
Denk je dat je te maken hebt met een uitzondering? Of wil je meer weten over de voorwaarden voor de TVL-regeling? Neem dan contact op met Eric Schutte of met je ondernemersadviseur. We helpen je graag.