Agro

Fiscale en juridische eindejaarstips voor de agrarische sector

10 dec. 2020

Het einde van het jaar nadert en dus is het weer tijd om de balans op te maken. In deze laatste maand kun je nog wat ondernemen om de te betalen belasting over 2020 te beperken. Wil je weten hoe? Hieronder een aantal uitgelichte tips.

1. Maak (klein)kinderen blij met een schenking

Profiteer ook dit jaar nog van de jaarlijkse schenkvrijstelling in de schenkbelasting. Zo kun je in 2020 je kinderen belastingvrij € 5.515 schenken en je kleinkinderen of derden € 2.208.

Voor kinderen tussen 18 en 40 jaar bestaat een eenmalige verhoging van dit bedrag tot:

  • € 26.457
  • € 55.114 indien het bedrag gebruikt wordt voor een studie
  • € 103.643 indien het bedrag gebruikt wordt voor een eigen woning

Let op
De eenmalige schenking van € 103.643 voor de eigen woning geldt ook voor andere mensen dan je eigen kinderen. Houd wel rekening met de voorwaarden van deze schenking.

Tip
Schenk je nog in 2020? Dan vermindert de schenking je vermogen in box 3, wat tot belastingbesparing leidt.

Let op
Vanwege de coronacrisis wordt de vrijstelling voor kinderen, kleinkinderen en derden in 2021 eenmalig verhoogd met € 1.000. Dit betekent dat de vrijstelling voor schenkingen aan kinderen in 2021 € 6.604 gaat bedragen en voor schenkingen aan kleinkinderen en derden € 3.244. De verhoging wordt in 2022 weer teruggedraaid.

2. Optimaliseer je (kleinschaligheids)investeringsaftrek

Rondom de investeringsaftrek is er een aantal zaken waar je rekening mee moet houden. Denk aan het moment van het aangaan van investeringsverplichtingen (geven opdracht, ondertekening offerte, etc.) in combinatie met de tabel van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Het percentage aan aftrek is in 2020 het hoogst als het totaal aan verplichtingen tussen € 2.400 en € 58.238 ligt. Het plannen, en voor zover mogelijk het spreiden van investeringsverplichtingen, loont vaak de moeite.

Om de investeringsaftrek ook daadwerkelijk in de aangifte inkomstenbelasting 2020 mee te mogen nemen, moet het bedrijfsmiddel in gebruik zijn genomen in 2020 óf er moet voldoende zijn aanbetaald. Anders schuift de aftrek door naar latere jaren. Afhankelijk van de verwachte winsten kan het aantrekkelijk zijn om nog in 2020 een aanbetaling te doen. Let daarbij wel op risico’s bij faillissement van de leverancier.

Let op
Betaal in ieder geval 25% van een nog niet in gebruik genomen investering binnen 12 maanden na het aangaan van de verplichting tot aankoop van het bedrijfsmiddel. Doe je dit niet? Dan vervalt de hele investeringsaftrek (tenzij sprake is van overmacht).

Let op
Soms mag je bedrijfsmiddelen willekeurig afschrijven, zoals sommige bedrijfsmiddelen die op de Milieulijst staan. Heb je deze nog niet in gebruik genomen? Dan kun je toch willekeurig afschrijven over maximaal het bedrag dat je in het jaar van investeren hebt betaald.

Heb je in de afgelopen 5 jaar gebruikgemaakt van de investeringsaftrek en verkoop je het bedrijfsmiddel weer of ruil je het in? Dan krijg je mogelijk te maken met de desinvesteringsbijtelling, waardoor je een gedeelte van de aftrek weer moet terugbetalen. Houd hier rekening mee en wacht, voor zover mogelijk, met de desinvestering.

Let op
Niet alle bedrijfsmiddelen komen in aanmerking voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Zo zijn bedrijfsmiddelen met een investeringsbedrag van minder dan € 450 uitgesloten. Ook goodwill, grond, woonhuizen en personenauto’s die niet bestemd zijn voor beroepsvervoer zijn uitgesloten.

3. Personeel in dienst en investeren? Vraag de BIK aan

Vanwege de coronacrisis is er een nieuwe, fiscale investeringssubsidie geïntroduceerd: de Baangerelateerde investeringskorting (BIK). De BIK geldt voor investeringen in de periode 1 oktober 2020 t/m 31 december 2022 voor nieuwe bedrijfsmiddelen. De BIK kan verrekend worden met de loonheffing en is dus alleen interessant voor bedrijven met personeel. Door deze systematiek is het voordeel van de regeling ook niet afhankelijk van de winst.

Via de BIK kan tot en met 31 december 2021 van een investering 3,9% van het investeringsbedrag tot € 5 miljoen worden verrekend met de loonheffing. Bij een hoger investeringsbedrag is van het meerdere 1,8% te verrekenen. Dit pakt dus gunstig uit voor kleinere investeringen. De percentages voor het jaar 2022 staan nog niet vast. Je kunt de BIK 4 keer per jaar aanvragen. Er geldt per aanvraag wel een ondergrens van € 20.000 en per bedrijfsmiddel een ondergrens van € 1.500.

Je kunt de BIK ontvangen naast de bestaande investeringsregelingen, zoals de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek, de milieu-investeringsaftrek en de energie-investeringsaftrek. De BIK geldt alleen voor investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen. De investeringen moeten uiterlijk tussen 1 januari 2021 en 31 december 2022 zijn betaald en ook binnen 6 maanden na volledige betaling in gebruik worden genomen.

Verder geldt er een aantal voorwaarden die vergelijkbaar zijn met die van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Bedrijven die investeren, kunnen de BIK aanvragen bij de RVO. Na ontvangst van een BIK-verklaring kan de BIK worden verrekend met de loonheffing.

Let wel altijd goed op alle voor- en nadelen van het aangaan of verbreken van een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting.

Tip
Investeringsverplichtingen die zijn aangegaan ná 1 oktober 2020 tellen mee voor de BIK, maar slechts als de laatste betaling voor de investering is gedaan in 2021. Het kan dus slim zijn om te beoordelen of de laatste betaling verschoven kan worden naar begin 2021.

Tip
Vaak worden investeringen gedaan door andere bv’s dan waar het personeel in dienst is. Dan kan een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting nodig zijn om gebruik te maken van de BIK. Daar komt bij dat investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen, die bestemd zijn om hoofdzakelijk te worden verhuurd binnen het concern, zijn uitgezonderd van de BIK. Een fiscale eenheid voor de Vpb kan dit voorkomen. Een voorwaarde is wel dat het dan moet gaan om zuiver binnenlandse situaties.

4. Koop (eerste) eigen woning na 2020

Jongeren die minstens 18 jaar zijn en nog geen 35 jaar krijgen vanaf 2021 een vrijstelling van overdrachtsbelasting bij de aankoop van een eigen woning. De vrijstelling is eenmalig. Dit betekent dat als zij al een koopwoning bezitten, ze toch recht hebben op de vrijstelling als ze een andere woning kopen. Voorwaarde is wel dat ze zelf in de woning gaan wonen. De vrijstelling betekent een besparing van 2% overdrachtsbelasting.

Let op
De vrijstelling geldt vanaf 1 januari 2021, maar is vanaf 1 april 2021 beperkt tot woningen met een waarde tot € 400.000. Voor woningen met een hogere waarde geldt de vrijstelling niet, dus ook niet tot het bedrag van € 400.000.

Let op
Bij de aankoop van een woning geldt voor bedrijven vanaf 2021 een tarief van 8%. Zo wil het kabinet het beleggen in woningen door bedrijven afremmen. Was je van plan met je bedrijf te investeren in woningen, bijvoorbeeld ter belegging of om je werknemers van geschikte huurwoningen te kunnen voorzien? Doe dit dan nog dit jaar. Een stijging met 2%-punt lijkt wellicht niet veel, maar het betekent wel dat de af te dragen overdrachtsbelasting met 33,3% toeneemt.

Meer fiscale tips?