‘Het idee van Countus om een deel van de grond buiten de maatschap te houden vind ik geniaal’

Folkert Fokkema
Maatschap Fokkema

Folkert Fokkema is al melkveehouder zolang hij zich kan herinneren. Hij groeide op met koeien en werd in 1980 deelgenoot van het bedrijf van zijn vader. Inmiddels runt hij het melkveebedrijf samen met zijn vrouw en dat is met 115 melkkoeien een behoorlijke business. ‘En die business wil je natuurlijk op een goede manier overdragen aan de volgende generatie. Maar hoe kun je die bedrijfsopvolging het beste inrichten? Daar had Countus goede ideeën over.’ Folkert vertelt over zijn bedrijf en de samenwerking met Countus.

Slimme ruilconstructie

In 1980 stapte Folkert samen met zijn broer Fokke in het bedrijf van hun vader. Na 10 jaar stopte hun vader ermee en besloten de broers het bedrijf op te splitsen in een akkerbouwbedrijf en een melkveebedrijf. Fokke richt zich tot op de dag van vandaag op pootaardappelen en Folkert op de melkkoeien. En daar ondervinden de broers nu nog voordeel van.

Ze bedachten namelijk een slimme ruilconstructie waarbij Fokke 1 hectare grond van Folkert tot zijn beschikking krijgt om te kunnen bewerken. Folkert op zijn beurt krijgt daar 2 hectare grond van zijn broer voor terug. ‘Hierdoor kan ik elk jaar 600 m3 meer mest kwijt en dat bespaart zo’n € 6.000’, legt hij uit. ‘Mijn broer kan mijn grond puur gebruiken voor zijn aardappelen, wat als het gaat om pootgoed verreweg het meeste oplevert. Echt een win-winsituatie dus.’

Bedrijfsopvolging

Het gaat dus goed met het melkveebedrijf. Folkert: ‘Onze 115 koeien produceren samen 1,2 miljoen liter melk per jaar. Dat is geweldig, maar op je 60e rijst dan wel een keer de vraag hoe je dat bedrijf het beste over kunt dragen aan de volgende generatie. Onze 2 kinderen willen op lange termijn geen boer worden, maar er zomaar mee stoppen is ook niet verstandig. Daar verdient de Belastingdienst alleen maar aan.’

Om de bedrijfsopvolging goed te regelen, stapte Folkert over naar Countus. ‘Het accountantskantoor waar ik op dat moment nog mee werkte had als oplossing om over te gaan op een bv, maar daar had ik een dubbel gevoel over. Gelukkig had Harmen Westra, ondernemersadviseur bij Countus, betere ideeën.’

‘Zo vertelde Harmen over de BOR (bedrijfsopvolgingsregeling). Hierbij is het idee dat de kinderen in de maatschap gaan, waarbij een deel van het vermogen in de melkveebedrijf wordt geschonken. Op die manier krijgen de kinderen het vermogen belastingvrij op hun naam en bespaar je in de toekomst een hele hoop erfbelasting. Als we het bedrijf verkopen na tenminste vijf jaar, krijgen ze namelijk uitbetaald zonder schenk- of erfbelasting te hoeven betalen.’

‘Bovendien had Harmen, gezamenlijk met Wim Schipper, het idee om 22 hectare vanuit een aparte onderneming in de maatschap in te brengen. Een geniale zet vind ik. Ik kan die 22 hectare namelijk verkopen op een moment dat het mij uitkomt waardoor ik op dat moment vrij ben van schulden. En ondertussen kan ik mooi nog even doorgaan met de werkzaamheden op het bedrijf. Ik ben namelijk niet van plan om over 5 jaar achter de geraniums te gaan zitten.’

Goed geregeld

Folkert is opgelucht dat hij de bedrijfsopvolging voor zichzelf en voor de kinderen nu goed heeft geregeld. ‘Ik ben dan ook heel blij dat we zijn overgestapt. Het voelt als thuiskomen bij Countus. Veel accountants regelen het wel even voor je, maar vaak zonder dat je weet wat er precies gebeurt. Bij Countus moet er helemaal niets. Specialisten geven je advies en zorgen ervoor dat je goed voor ogen hebt welke stappen je kunt nemen. De beslissing ligt vervolgens helemaal bij jezelf. Ik heb er een heel goed gevoel over.’