Opgegroeid tussen de koeien
Trots op hun bedrijf Winter’s Farm en op hun koeien: dat straalt het hele gezin uit: Tiny, Jan en hun kinderen Laura (26) en Frank (25). Frank werkt 3 dagen per week als koe-inspecteur, Laura werkt fulltime als melkveespecialist. Zodra hun werkdag erop zit, zijn ze in de stal te vinden: de plek waar ze hun grote passie delen. ‘Wij zijn letterlijk opgegroeid tussen de koeien, we weten niet anders. De interesse en de liefde voor koeien zit er echt ingebakken’, vertelt Laura.
Omdat Laura en Frank allebei boer willen worden, groeide het bedrijf de afgelopen jaren flink. In 2008 liepen er nog 110 koeien op het bedrijf, nu zijn dat er 240. De aanwas kwam volledig van eigen koeien. Per melkkoe houden ze nu 5 stuks jongvee, in totaal telt het bedrijf nu zo’n 140 stuks jongvee. De expertise van Countus wordt door de familie al jaren naar tevredenheid ingezet op het gebied van accountancy en advisering.
Een week vrij voor een fokveedag
Fokkerij is een grote hobby op het Overijsselse bedrijf. In 2016 werd de veestapel door rundveecoöperatie CRV uitgeroepen tot ‘Beste van Nederland’. Diverse keuringen gaan ze af, zoals de plaatselijke fokveedag in Vriezenveen, maar ook op de regionale keuring in Zwolle en op de NRM zijn de beste koeien van Winter’s Farm regelmatig present. In de keuken van het Overijsselse bedrijf prijken dan ook ontelbaar veel prijzen die de afgelopen jaren mee naar huis gingen.
Niet alleen het gezin Winter verschijnt regelmatig met koeien op fokveedagen, ook Frank en Laura gaan graag samen met enkele goede koeien en kalveren naar keuringen. Zo bezoeken ze met een groep jonge fanatieke koeienliefhebbers van de Nederlandse Young Breeders Club, onderdeel van de landelijke Holland Holstein Herds vereniging (HHH), de jaarlijkse keuring.
‘Voor de fokveedag in Vriezenveen nemen Frank en ik een week vrij. De voorbereiding is misschien nog wel leuker dan het evenement zelf. We willen de koeien er echt op hun best uit laten zien. Wassen, scheren, voorbereiden: we steken er veel tijd in’, zegt Laura. ‘Het is erg gezellig zo samen, ook met de andere jongeren bij de Young Breeders. We werken er samen naar toe en maken er een echt uitje van. Het is de sfeer en de gezamenlijke liefhebberij wat ons er zo in aantrekt’, vult Frank aan.
9 generaties in de stal
In 2004 liepen er 9 generaties koeien op hun bedrijf. Nergens ter wereld was deze prestatie eerder vertoond. De foto waarop de 9 koeien, van 0 tot 16 jaar uit verschillende generaties naast elkaar staan, heeft een prominente plek aan de muur. Deze unieke gebeurtenis is beslist een toeval. Jan vertelt: ‘We zitten er met z’n allen bovenop. Als een koe ziek is, moeten we dat gisteren al gezien hebben. Hoe eerder we daar op kunnen schakelen, hoe beter. We willen graag dat een koe makkelijk oud wordt’.
De melkveehouders streven naar een levensproductie bij afvoer van boven de 50.000 kg. De laatste 12 jaar lag dit getal tussen de 48.000 en 53.000 kg. Volgens Jan leveren een goede gezondheid en langere levensduur economische voordelen op. ‘Je hebt minder jongvee nodig ter vervanging en een oudere koe produceert meer melk. We hechten bijvoorbeeld veel waarde aan koecomfort, hebben diepstrooiselboxen en kijken niet naar hoeveel uren we werken.’ Dat beaamt de rest van het gezin ook. Tiny: ‘Mij straf je echt niet met 14 keer melken per week’
De 28-stands carrousel-melkstal werd tijdens de nieuwbouw in 2008 onder meer gekozen om de koeien 2 keer per dag goed te kunnen beoordelen. ‘Met deze binnenmelker zie je net meer van een koe. De controle en het werkplezier is wat ons betreft hoger en als je toch ruim 2 uur aan het melken bent, is dat een prettige bijkomstigheid’, zegt Tiny.
Economische veestapel
Jan insemineert de koeien en Frank neemt door zijn baan buitenshuis veel kennis mee wat betreft stierkeuze. ‘Ik zie natuurlijk veel onderweg, dat is soms handig. De stierenkeuze is gericht op een goede bouw, goede benen en een goed uier. Niet teveel extremen, dat is de insteek. De gehalten en productie moeten ook goed zijn. Met de melk moet je het verdienen’, licht hij toe.
Deelnemen aan fokveedagen noemen ze hobby; koeien fokken met een uniform exterieur, goede uiers en benen is echter noodzakelijk om gemakkelijk te kunnen produceren. Hun ultieme doel is een economische veestapel met bovengemiddeld exterieur. Jan: ‘Fokkerij is hobby, maar het levert ons wel duurzame koeien in de stal op. En dat is natuurlijk lonend. Wij zijn het liefst in de stal, het landwerk besteden we voor een groot deel uit aan de loonwerker. Alle vier zijn we echte koeienboeren. In de stal moeten we het verdienen. Daar staan onze neuzen dezelfde kant op. We zorgen goed voor de koeien en zorgen dat ze gezond blijven en goed blijven produceren. En dat doen we iedere dag met heel veel plezier’.