De uitspraak
De uitspraak die de rechtbank deed, is als volgt: Als een paard via meerdere (keten)transacties wordt verkocht binnen de EU en door een van de kopers wordt doorverkocht en geëxporteerd, mag de eerste verkoper in beginsel niet het btw-tarief van 0% voor export toepassen.
De situatie
Een in Nederland gevestigde paardenhouder fokt, traint en handelt in paarden. Hiervoor heeft hij de beschikking over stallen in zowel Nederland als België.
In juli 2012 koopt de paardenhouder een paard. Later dat jaar neemt hij met dat paard deel aan 2 wedstrijden. In Augustus 2012 verkoopt hij het paard. Volgens de factuur was de btw verlegd.
Van deze factuur waren echter 2 versies opgesteld. Volgens de ene factuur was de afnemer een vennootschap die was gevestigd op de Maagdeneilanden. Maar volgens de andere factuur was een vennootschap in de VS de afnemer. De paardenhouder liet het paard overbrengen vanuit België naar Schiphol. Vervolgens vond het vervoer van het paard naar de VS plaats. De paardenhouder noemde het exportdocument als afzender, Nederland als land van uitvoer en de VS als land van bestemming.
Onbewezen export
De paardenhouder stelde dat de levering van het paard belast was met 0% btw omdat er sprake zou zijn van export uit de EU. Naar aanleiding van een boekenonderzoek meende de Belastingdienst dat de bv het 0%-tarief niet had mogen toepassen. Volgens de inspecteur heeft de paardenhouder zijn paard eerst verkocht aan de vennootschap op de Maagdeneilanden. Deze vennootschap heeft vervolgens het paard doorverkocht aan de Amerikaanse koper.
De uitvoer houdt dus verband met de levering door de op de Maagdeneilanden gevestigde doorverkoper aan de Amerikaanse eindafnemer en niet met de levering door de paardenhouder. De paardenhouder kan het verhaal van de fiscus niet ontkrachten. De verkoopovereenkomst is namelijk niet schriftelijk vastgelegd. Omdat de levering van de paardenhouder aan de op de Maagdeneilanden gevestigde koper geen exportlevering is, mag de paardenhouder het 0%-tarief niet zomaar toepassen.
Dus ondanks dat de paardenhouder beschikte over documentatie waaruit blijkt dat het paard is geëxporteerd uit de EU, wordt door de rechter toch de toepassing van het 0%-tarief geweigerd!
Levering uit Nederland
Verder verwerpt de rechtbank de stelling van de paardenhouder dat België de plaats van levering is. Hierbij is van belang dat de paardenhouder in Nederland is gevestigd. Daardoor geldt als uitgangspunt dat de levering plaatsvindt in Nederland. Ook voor dit argument heeft de paardenhouder niets aangedragen dat het tegendeel aannemelijk maakt.
De fiscus mag daarom naheffen. Wel vermindert de rechtbank de belastingaanslag van 21% over de vergoeding naar 21/121 uit het daadwerkelijk ontvangen bedrag, omdat de bv de btw niet aan de afnemer in rekening kan brengen.
Problemen voorkomen
Om te voorkomen dat je als paardenhouder of verkoper in een soortgelijke situatie terecht komt, moet je over de juiste documenten en contracten beschikken. In het genoemde voorval is namelijk sprake van verkoop van een paard door meerdere leveranciers, waarbij het paard uiteindelijk wordt uitgevoerd uit de EU.
De eerste verkoper zal bij een dergelijke ketentransactie over een door zijn koper getekend document ‘opdracht tot uitvoer’ moeten beschikken om toch het 0%-tarief toe te mogen passen. Uiteraard is het ook dan van belang dat de facturen zijn uitgereikt aan en door de juiste personen.
De verkoop en levering en alles wat met de verkoop van het paard te maken heeft, moet je vastleggen in een deugdelijk verkoopcontract. Heb je hier hulp bij nodig? Countus helpt je graag met het invullen van het benodigde document en het opstellen van een volledig verkoopcontract. Het gaat af en toe om grote belangen en bedragen. Dat blijkt wel uit bovengenoemde uitspraak waarbij uiteindelijk € 111.764 is nageheven!
Meer weten?
Om problemen met btw-naheffingen te voorkomen, is het belangrijk om zoveel mogelijk vast te leggen. Kun je hier hulp bij gebruiken? Raadpleeg je adviseur. Hij helpt je graag.